Inspirerende teksten

Nog op zoek naar een passend tekstje om op het rouwkaartje of in de rouwbrief te plaatsen? Neem gerust een van onderstaande over in uw ontwerp.

Als ‘t leven een geschenk is
gekregen, gegeven, verloren
als ‘t leven een gedicht is
geschreven, gelezen, vergeten
als ‘t leven een reis is
vertrokken, beleefd, beëindigd
als ‘t leven een droom is
ingeslapen, gedroomd, ontwaakt.
Waar je ook bent,
ik hoor nog steeds je stem
Waar je ook bent
ik voel nog steeds je warmte
ik zie nog steeds je lach.
De herinnering die je achterliet is mooi,
zacht en warm, vol liefde en zorg.
Je ging in stilte van ons heen en daarom,
zou ik dankbaar moeten zijn
maar juist daarom doet het zo’n pijn.

Als sterren konden spreken
Als sterren konden zien
Zou je dan vanavond
Heel eventjes willen zwaaien
En twinkelen als groet
En ons hier beneden laten weten
Hoe het zonder jou verder moet…

Als plots afscheid onverwachts zich aanmeldt,
dan is gelaten droefenis somtijds zijn gezel.
En is dit afscheid onherroepelijk voor immer
dan is innerlijk leed somtijds te zwaar.
Als ingetogen rouw oprecht medeleven vergezelt,
dan blijft de herinnering altijd een troost.
En rest ons de hoop als laatste baken
voor hen die vol droefheid en gelaten
hier achterblijven tot het einde
van hun eigen aardse verblijf.

Als kind keek ik naar meme
Toen besefte ik niet, wat ik nu weet
Haar handen, altijd bezig,
waren rimpelig van ‘t werken
als ik zei: “Wat zijn je handen lelijk”,
vonden haar ogen de mijne
en de glimlach die ik van haar kreeg,
kon ik van geen ander krijgen:
hij kwam vanuit haar hart.
Nu ik wat ouder en wijzer ben,
en meme zal moeten missen
weet ik één ding goed:
diezelfde handen die ik toen lelijk vond
zijn onmisbaar, net als haar hart.
God dank ik omdat ik in haar
liefdevolle omgeving ben
mogen opgroeien.

Als jij me door de nacht laat gaan,
laat mij dan nog één ster, slechts één,
één is genoeg voor mijn behoud,
haar wenkend licht zegt mij waarheen.
Door goede woorden van een mens,
een vreugde die mijn hart doorleeft,
bij ‘t trillen van eenzelfde snaar,
een warme blik die vrede geeft.
Een hand die op mijn schouder rust,
die duizendmaal zegt: “’k versta je pijn”,
een vriend die zwijgend naast me staat
in volheid van aanwezig zijn.
Gun mij één ster in de donkre nacht,
die tot de morgen met mij gaat,
hoe lang de duisternis ook duurt,
‘k ben zeker van de dageraad.

M. Meys

Al hield je nog zoveel
van het leven,
je had het niet in eigen hand.
Ongevraagd moest je
het verlaten
en wij staan machteloos
aan de kant..

Als je wist
dat hij nog zoveel te vertellen had,
nog zoveel te doen had,
altijd zo stipt, zo bezorgd, zo plichtsbewust,
zo nauwgezet…
Als je wist
wat een werk
hij in alle omstandigheden steeds
heeft verzet…
Als je wist
welke liefde
welke tedere liefde
hij gegeven heeft
aan zijn geliefden en vrienden…
Dan komt het hard aan
dat het noodlot er anders heeft over beslist
en hij veel te vroeg werd opgenomen
in de warme palm van Gods hand.

Als je van iemand houdt
en je bent van hem gescheiden,
kan niets de leegte van zijn afwezigheid vullen,
je moet dat niet proberen,
je moet eenvoudig aanvaarden en volharden.
Dat klinkt hard, maar het is een grote troost,
want zolang de leegte blijft,
blijf je aldoor met elkaar verbonden.
Het is fout te zeggen: God vult die leegte.
Hij vult haar helemaal niet, integendeel.
Hij houdt die leegte leeg en helpt ons zo
de vroegere gemeenschap met elkaar te bewaren
zij het dan ook in pijn.

Als je mij nog iets wilt geven,
dan zou ik vragen,
sterf niet met mij,
omhels het leven.
Je mag bedroefd zijn,
maar wanhoop niet,
verdrink niet in te groot verdriet.
Als je mij nog iets wilt schenken,
dan zou ik willen,
blijf de toekomst zien,
blijf hoopvol denken,
zodat je uitgroeit
en voluit leeft,
het leven alle kansen geeft.

Als ik ooit doodga
begraaf me dan niet
verstik me niet onder een zware steen
maar laat me de kans om vrij te zijn
en te gaan over de grenzen van de dood
mee met de wind, mee met de vogels,
die ik bewonderde en liefhad
tijdens mijn leven.
Als ik ooit doodga
verstik me dan niet in tranen
maar schep een herinnering aan mij
niet op mijn graf
maar in je eigen levenssfeer
daar waar ik gelukkig was.
Als ik ooit doodga
gedenk de goede en gelukkige dagen
en vergeet en vergeef mijn fouten
want die hebben we toch allemaal
en ik had u allen zo lief.

Mireille Hugaert

Als je pijn hebt, is het misschien beter zo
Als je echt wilt, moet je gaan
Maar beloof om ons steeds in alles bij te staan.
Want als je tijd echt is gekomen
en je ons nu voorgoed verlaat
moet je weten dat we allen om je geven.

Als ik je naam
in het zand
had geschreven
hadden de golven hem
na een korte tijd uitgewist.

Als ik je naam
in marmer
had gekapt
was de steen
na veel tijd
gebroken.

Als ik je naam
in een boom
had gegrift
was de schors
met de tijd vergaan.

Maar ik heb je naam
in mijn hart geborgen
en daar wordt hij
voor de eeuwigheid
goed bewaard.

Als ik ga, moet je niet huilen
want écht weg ben ik eigenlijk niet
mijn lichaam is nu duizend dingen
heb daarom niet zoveel verdriet
Ik ben de wind
ik ben de regen
ik ben de zon
ik ben het jonge gras
ik ben de sneeuw en duizend dingen
ik ben weer degene die ik was
En als je wakker wordt,
bekijk dan de bomen en de blauwe lucht
kijk naar de vlinders en de bloemen
kijk naar de vogels in de vlucht
Want al die duizend dingen ben ik
Sinds ik mijn lichaam achterliet
Die duizend dingen zijn mijn leven
Dus zie je, écht weg ben ik niet

Als je ouder wordt
en niet meer weet waar je bent
als je mensen ziet
maar ze niet echt herkent,
als je toch blijft strijden
om bij ons te leven,
dan hopen wij dat je nu
de eeuwige rust is gegeven.

Als je echt van iemand houdt
iemand alles toevertrouwt
één die weet wie je bent
ook je zwakke plekken kent
die bij je staat en je vergeeft
één die “naast” en “in” je leeft
dan voel je pas wat leven is
en dat liefde geven is.

Toon Hermans

Als ik doodga
hoop ik dat je er bij bent
dat ik je aankijk
dat jij me aankijkt
dat ik je hand nog voelen kan
dan zal ik rustig doodgaan
dan hoeft niemand verdrietig te zijn
dan ben ik gelukkig.

Remco Campert

Als het rouwrumoer rondom jou is verstomd,
de stoet voorbij is, de schuifelende voeten,
dan voel ik dat er een diepe stilte komt,
en in die stilte zal ik jou opnieuw ontmoeten.
En telkens weer zal ik je tegen komen,
we zegen veel te gauw: het is voorbij
hij heeft alleen je lichaam weggenomen,
niet wie je was, of wat je zei.
Ik zal nog altijd grapjes met je maken,
we zullen samen door het stille landschap gaan,
nu je mijn handen niet meer aan kunt raken,
raak je mijn hart nog duidelijker aan.

Toon Hermans

Als iets je dierbaar is
ben je bang het te verliezen.
Je houdt het vast
met beide handen
en toch glipt het
door je vingers heen.
Soms is de dood
milder dan het leven.
Heer, wees barmhartig en mild
en geef haar om al wat eenvoudig,
goed en schoon was in haar leven,
de eeuwige rust en vrede.

Als ik de dingen niet meer weet,
als ik de namen niet meer ken,
en wat ik weet meteen vergeet,
zodat ik onherkenbaar ben,
begin dan aan een heel oud lied,
dan zing ik mee en aarzel niet.

Als een ouder overlijdt, verdwijnt er een planeet
en zal de nachtelijke hemel
er nooit meer hetzelfde uitzien.
Het maakt niet uit hoe volwassen we zijn
als we één van onze ouders verliezen.
En als ze allebei overleden zijn,
is het net alsof we permanent dakloos zijn.
Een onzichtbaar schild,
de eerste verdedigingslinie tussen onszelf
en onze sterfelijkheid, is weg.
Uit: “De kraaien zullen het zeggen”
van Ann-Marie MacDonald

Als dit het einde is
en verder niets,
dan is er leegte,
gemis, verdriet en tranen
om wat eens was
en niet meer is.
Maar er is meer
dan lijf en leden,
veel meer.
Want wat een mens bezielt,
dat is, dat was,
zijn geest, zijn kracht,
zijn denkvermogen,
alle gaven van zijn hart:
zijn goedheid grenzeloos,
de sterkte van zijn woord,
zijn hartelijk gebaar,
zijn spreken,
vlug of juist bedachtzaam,
zijn zwijgen
soms veelzeggend.
Dat alles leeft,
leeft voort in die hem kenden,
die van hem hielden
en blijven houden
omdat zijn geest
nooit, nooit vergaat.

Als het lichaam niet meer wil
en het leven wordt een lijden
kan men dankbaar zijn
dat God het komt bevrijden.
Slechts over blijft de herinnering
van hoe ik leefde op aarde
en voor degene die achterblijft
heeft dat de meeste waarde.

“Als één die rusten gaat
bij avond, kalm en moe
zo sloot hij de ogen toe
en droeg op ‘t stil gelaat
‘t geluk van eeuwige vrede
na werken en gebeden.”

L.V.

Alles is stil in huis,
stil en leeg
want moeder, jij bent er niet meer.
Waar is je warme lach?
Altijd wou je bij ons blijven.
Waarom moet het anders zijn?
Waarom laat je ons alleen?
Jij bent nu voorbij, lijden en pijn,
voorbij zorgen en kommer.
Wij moeten afscheid nemen moeke,
maar ‘t doet zo’n zeer.
Want alles is stil in huis,
stil en leeg…

Alles heeft zijn tijd.
Alles heeft zijn uur.
Er is een tijd om te planten
en een tijd om te oogsten.
Een tijd om af te breken
en een tijd om op te bouwen.
Een tijd om te lachen
en een tijd om te huilen.
Er is een tijd van komen
en een tijd van gaan,
doch de tijd van gaan komt altijd…
te vroeg.

Alles ademt hier jouw ziel
zelfs de stilte kan niet liegen.
Sinds je mij zo vlug ontviel,
heb je vleugels om te vliegen.
Je zweeft voort als een komeet
door de stroom van mijn
gedachten.
‘t Is alsof ik zeker weet
dat je zit op mij te wachten.
Alles ademt hier jouw geest,
als ik opsta of ga slapen.
Jij bent, zoals steeds geweest,
mijn trouwste troostend wapen.

Allerliefste mama, oma,
Hoe moet het nu verder zonder jou?
Ondanks alles wat jij hebt doorstaan,
was je er altijd voor ons,
gedurende al die jaren,
moedig en sterk,
op gelijk welk moment.
Je was onze raadgeefster, onze steun,
ons grote voorbeeld.
En nu, totaal onverwacht
ben je er ineens niet meer.
De mooie herinneringen blijven,
en wij geloven en weten,
dat je ons steeds verder
zal blijven steunen en volgen,
waar je ook bent, voor altijd.
We missen je…

Als een bloem zo is het leven
‘t begin is teer en klein
De een die bloeit uitbundig
de ander geurt heel fijn
Sommige bloemen blijven lang
weer anderen blijven even
Vraag niet bij welke bloem je hoort
dat is ‘t geheim van het leven

Allen die ik liefheb,
luister je even mee?
“Dank U
voor de glimlach
die ik vaak
zo nodig had.
Dank U
voor de hand
mij toegeschoven.
Dank U
voor de zorg
mij geschonken.
Dank U
dat ik Uw lach en Uw woord
mocht horen,
Uw zorg en hand
mocht voelen.”
Heer, neem … op in uw eeuwig licht.

Alleen heb je me gelaten
maar niet zonder eerst tegen me te praten.
Ik wou niet dat je me nu al verliet
maar hierboven was het al geschied.
Met ruzie hebben we elkaar te vaak pijn gedaan
maar we hebben elkaar altijd goed verstaan.